Steeds meer basisscholen krijgen een samenwerking met een kinderopvang of naschoolse opvang, zo blijkt uit het onderzoek wat Oberon vorige week publiceerde. Samenwerken wordt gezien als de standaard, maar de duur van deze samenwerkingsrelaties verschilt nog eens. Waar sommige opvangcentra nog in de oriëntatiefase zitten, zijn anderen al bezig met het juridisch vastleggen van dit proces. Oberon onderzocht deze samenwerkingen en zette de belangrijkste resultaten op een rijtje.
Op dit moment werken vrijwel alle basisscholen met één of meerdere organisaties samen. Alle organisaties stimuleren deze samenwerking en willen graag een vervolg. Toch verschilt het per partij hoelang deze samenwerking al stand houdt. Waar sommige scholen net zijn begonnen met het betrekken van de opvang bij hun strategie, zijn andere scholen al geruime tijd bezig met de kinderopvang. De samenwerking berust vaak op gezamenlijke activiteiten als sportvieringen, sinterklaasvieringen en de overdracht van de kinderen.
Cultuurverschil grootste knelpunt
Knelpunten bij de samenwerking tussen kinderopvang en basisschool zijn dat er cultuurverschillen zijn tussen beide partijen. Volgens de helft van de ondervraagde partijen, liggen er vaak grote verschillen op het vlak van de onderwijswereld en de wereld van peuterspeelzaal en kinderopvang. Tot een gezamenlijke strategie komen is vaak voor veel partijen nog moeilijk. Een tweede knelpunt in de samenwerking kan de wet- en regelgeving zijn. Volgens Oberon ervaren scholen en kinderopvangcentra die intensief willen samenwerken obstakels op juridisch gebied.
Gemeente als bemiddelaar
Oberon heeft een als oplossing, het bespreken van de situatie met de gemeente geopperd. Bestuurders in eigen gemeente kunnen dit proces goed begeleiden, weten wat er speelt, zodat er een intensieve samenwerking uit voort kan bestaan.
Wil je nog meer weten over het onderzoek van Oberon naar kinderopvangcentra en scholen? Lees dan het hele onderzoek van Oberon
